In het lavatorium ( rituele wasplaats) van de Sint-Baafsabdij uit ca. 1170 kan je op ooghoogte acht opvallende koppen zien, telkens onder een kort zuiltje. Die acht zuiltjes sluiten op hun beurt aan bij de kraagstenen waarop de ribben van het gewelf steunen, zoals geïllustreerd op onderstaande romantische aquarel. Volgens kenners dateren de hoofden uit de 14de of 15de eeuw.

De karakterkoppen, eerder tronies, zien er echt niet vriendelijk uit. Je kan ze gerust lelijk noemen met een verwrongen mond, opvallende (spleet)ogen, een ruwe kinbaard en een goed aansluitende kap op het hoofd. Ze werden gehakt in de goed te bewerken Balegemse steen, een kalkhoudende zandsteen, die gevoelig is voor erosie. Daardoor zijn ze nu erg verweerd. Die boos kijkende gezichten kunnen beschouwd worden als onheilwerende koppen. Door hun boze, dreigende blik worden ze geacht de boze wereld met zijn onheilbrengende krachten buiten het lavatorium en de abdij te houden.

Dit zeer oud magisch geloof heeft het christendom tot op vandaag overleefd. Denken we maar aan het dragen van amuletten, talismans, scapulieren, het gewijd palmtakje en de draak op het Gentse belfort. Al die voorwerpen en (fabel)dieren zouden het kwaad afhouden en de dragers of de stad te beschermen.

Marc Hanson

Foto: Lieve Ockerman 2021.
Illustraties:
Aquarel van Ange De Baets, 19de eeuw. Bron: stamgent.be.
Schetsen van N.A. Heins uit Bulletin de la Sociéte d’histoire et d’archéologie de Gand, 1903.